Landschap

Echte meeldauw (Sphaerotheca pannosa) [Podosphaera pannosa]

Echte meeldauwsoorten zijn een groep van obligate parasieten (hebben een levende planten nodig om te overleven) en zijn waardplant specifiek. Echte meeldauw is te herkennen aan de poederachtige witte waas of wit/grijzige vlekken, voornamelijk aan de bovenkant van de bladeren Het witte poeder is gemakkelijk van het blad af te vegen. Meeldauwsporen hebben weinig vocht nodig om te kiemen. Een relatieve vochtigheid 50% of hoger in combinatie met warm weer is vaak voldoende om de schimmel een kans te geven zich te ontwikkelen. Echte meeldauw wordt verspreid via de wind, regen of zelfs kleding.

Meeldauwsoorten in rozen

Meeldauwsoorten zijn waardplant specifiek. In rozen komt de Sphaerotheca pannosa voor.

Levenswijze

Sphaerotheca pannosa is herkenbaar aan kleine witte vlekken meestal aan de bovenkant van het blad. Deze vlekken zijn in het begin enkele millimeters groot. De vlekken groeien uit tot een poederachtig waas over het blad. Het aangetaste blad is in het begin nog groen maar wordt later geel en uiteindelijk sterft het bladweefsel af. Op de schimmeldraden worden sporendragers gevormd waarop de sporen (conidiën) worden gevormd. Deze sporen komen met name bij veranderingen in luchtvochtigheid vrij en worden gemakkelijk verspreid. Ze zijn maximaal een week kiemkrachtig. Hoe hoger de luchtvochtigheid, hoe makkelijker de sporen kiemen.

De tijd van infectie tot zichtbare symptomen is onder gunstige omstandigheden, 4 tot 7 dagen. Sphaerotheca pannosa kiemt al bij een luchtvochtigheid van 50 tot 80%, de optimum relatieve vochtigheid is 95-99%. Ook bij een lage temperatuur 3-5 °C, kan de schimmel al kiemen.

De optimum temperatuur is 21-22 °C en boven de 33 °C zullen de sporen niet meer kiemen. De optimum temperatuur voor de groei van de schimmel, ligt tussen de 18-25 °C. De optimum temperatuur voor sporenvorming is 21-27°C. Deze worden het beste gevormd bij een hoge relatieve vochtigheid terwijl bij een lagere relatieve vochtigheid de meeste sporen vrij komen (40-70%). Onder de 9-10 °C en boven de 27 °C is er geen sporulatie.

Symptomen

Bij zware aantasting komt de aantasting ook op de onderzijde van het blad voor. De schimmel kan ook stengels en bloemknoppen aantasten. Jonge bladeren worden bij ernstige aantasting misvormd en de aangetaste scheuten en knoppen kunnen worden geremd in hun groei. Jonge scheuten kunnen door deze schimmel zelfs afsterven en wanneer bloemknoppen aangetast worden komen er vaak misvormde bloemen uit.

Schade

De schade bestaat uit verminderde productie door verlaagde fotosynthese, visuele schade aan het blad en misvormde bloemen als de bloemknoppen aangetast worden.

Bestrijding

Echte meeldauw in rozen kan zeer effectief bestreden worden door een bespuiting met Bifasto , Collis of Meltatox .

Top