Akkerdistel [Cirsium arvense]
Overblijvend wortelonkruid met een diepgaande penwortel en verreikende zijwortels. Kiemt, vooral in het voorjaar, soms ook uit zaad. Verspreiding en vermeerdering van het onkruid gebeurt voornamelijk via afgescheiden wortelstokken.
![](/common/pests/cirar_02_750x422.jpg?1678712222167)
![](/common/pests/cirar_01_750x422.jpg?1678712221809)
![](/common/pests/cirar_03_750x422.jpg?1678712222595)
![](/common/pests/cirar_04_750x422.jpg?1678712223882)
![](/common/pests/cirar_02_230x129.jpg?1678712222167)
![](/common/pests/cirar_01_230x129.jpg?1678712221809)
![](/common/pests/cirar_03_230x129.jpg?1678712222595)
![](/common/pests/cirar_04_230x129.jpg?1678712223882)
Gewassen
Granen, suikerbieten, peulvruchten, mais, aardappelen, koolzaad en uien.
Herkenning
Kiemblad: breed, ovaal, grof, donkergroen, volledig gerand, korte bladsteel, duidelijke middennerf.
Echte bladeren: eerste bladeren omgekeerd ovaal, latere bladeren lancet-vormig, langwerpig, veerlobbig met driehoekige insneden, veelal golvenden gekreukeld, bladrand met stekels, bladschijf soms spinnewebachtigbehaard.
Bloeiwijze: bestaat uit talrijke buisvorm-ige bloeikorfjes, purperrood, tweehuizig.
Zaden: tussen 1000 en 5000 zaden, slechts een klein deel kiemt daadwerkelijk, zijdezacht, olijfgroen, langwerpig en glad, blijven tot 20 jaar in bodem kiemkrachtig.